Herstel

Populaties van dieren en planten bestaan uit individuen die zich voortplanten en die sterven. In gezonde populaties zijn er genoeg broedparen, die na het deels sterven en uitvliegen van de jongen,de oude paren kunnen vervangen. Als ze zich snel kunnen voortplanten, zoals planten en dieren die elk jaar veel eieren of zaden produceren, kan de populatie snel groeien, mits de leefomstandigheden het hele jaar gunstig zijn. Ze kunnen ook een aanzienlijke populatiereductie doorstaan door oogst, jacht, predatie of slechte weersomstandigheden als ze opgroeien.

Echter, het land dat mensen beheren voor voedsel en ontspanning kan zonder dat we ons daarvan bewust zijn gedurende een deel van het jaar niet in staat om voedsel te produceren of een te goed jachtgebied voor roofdieren geworden zijn. Snippers land die als habitat wel geschikt blijven, kunnen te weinig individuen voortbrengen om zich te verspreiden naar andere fragmenten, die niet duurzaam zijn door door te grote predatiedruk, Verlies aan connectiviteit tussen de habitat fragmenten kan een einde maken aan de voor het voortbestaan van de soort noodzakelijke verspreiding Populaties kunnen dan uit over grote gebieden uitsterven en dan is natuurherstel door mensen noodzakelijk.

Het terugbrengen van planten of dieren in de natuur om de te klein geworden natuurlijke populaties aan te vullen of ze te herintroduceren in gebieden waar ze vroeger voorkwamen, maar nu lokaal zijn uitgestorven, wordt een steeds populairdere methode van natuurbehoud en -herstel. Dit werkt vooral goed voor soorten die zich gemakkelijk voortplanten als er een geschikt biotoop in stand gehouden wordt. Natuurherstel vergt echter een zorgvuldige planning om risico's te minimaliseren van ten minste tijdverspilling of in het ergste geval schade aan het milieu.

Risico minimaliseren

Patrijzen doen het goed in gebieden met landbouwgewassen, dekking en wilde bloemen die belangrijk zijn voor insecten die weer als voedsel dienen voor de kuikens (© V Šegrt).
Patrijzen doen het goed in gebieden met landbouwgewassen, dekking en wilde bloemen die belangrijk zijn voor insecten die weer als voedsel dienen voor de kuikens (© V Šegrt).

Je kunt tijd, geld en goede bedoelingen verspillen door te proberen om een soort te herstellen in een gebied dat niet meer voldoet aan de oorspronkelijke behoeften. Planten en dieren steunen op drie aspecten; dat zijn voedingsstoffen of voedsel, bescherming tegen weersinvloeden (substraat, onderdak) en de veiligheid ten opzichte van andere organismen (ziekte of roofdieren). Deze ondersteunende voorwaarden kunnen beïnvloeden elkaar. Zo hebben planten een bodem nodig als substraat met de juiste voedingsstoffen, hoewel voedingsstoffen ook kunstmatig kunnen worden toegediend om op zijn minst de ontwikkeling van de plant aan de gang te krijgen. Veel dieren hebben een leefgebied nodig met planten als voedsel en bescherming tegen roofdieren. Bescherming tegen predatoren kan nodig zijn, vooral in de eerste stadia van de herstel van een populatie. Belangrijke vraag is dan of je op den duur de inspanning die nodig is voor het beheer in stand kunt houden.

De populatie moet gezond zijn en genetisch geschikt zijn (© Markus Jenny)
De populatie moet gezond zijn en genetisch geschikt zijn (© Markus Jenny)
 
 
 

Schade aan bestaande populaties kan ontstaan als het aanvullen van de populatie of de herintroductie wordt uitgevoerd met exemplaren met een ongeschikte genetische basis of met exemplaren die een ziekte bij zich dragen. Dan kan een herintroductie een plaag worden voor de aanwezige planten of dieren. Bij herintroductie onder veranderde omstandigheden is het eenvoudig mogelijk, dat de herintroductie tot een plaag leidt. Zorgvuldigheid is ook geboden om ervoor te zorgen dat de donor populatie niet zal worden geschaad door het wegnemen van individuen voor een restauratie project. Als de herintroductie wordt uitgevoerd door middel van een fokprogramma om de aantallen te vergroten moet ervoor worden gewaakt, dat niet per ongeluk ziekten worden geïntroduceerd of de genetische diversiteit wordt verminderd.

IUCN Richtlijnen

In een poging om enige orde te scheppen in wat chaos zou kunnen worden, heeft de Internationale Unie voor Natuurbescherming (IUCN) in 1995 bedacht een aantal 'Richtlijnen voor Herintroducties en andere Translocaties ten behoeve van de Natuurbescherming' opgesteld, die in 2013 zijn herzien. Aangezien deze richtlijnen tamelijk ingewikkeld zijn en ze niet beschikbaar zijn in alle talen, is er ook een vereenvoudigde beslisboom. Dit was speciaal met het doel gemeenschappen te helpen om planten en dierpopulaties te herstellen door hen over relatief korte afstanden te verplaatsen.

Nu is een goed moment om de pagina over het revitaliseren van habitats te lezen. Je bent daarna klaar om om de andere links te volgen in de volgorde zoals hieronder aangegeven.

op het internet

Deze pagina is belangrijk als u een patrijzenpopulatie wilt herstellen of er plezier in hebt om te zien hoeveel leefgebied voor wilde bloemen en insecten (vooral bijen en vlinders) u kunt herstellen in uw tuin, boerderij, of gemeenschap als geheel .

Als u, ook na het lezen van de pagina over het revitaliseren van habitats, je vindt dat alle voor u belangrijke habitats hersteld kunnen worden door middel van een lokale Translocation voor natuurbehoud, is het zinvol om ook de twee onderstaande links te bezoeken.

De succesvolle herstel van elke soort door middel van het terugplaatsen van dieren is een serieuze aangelegenheid. Elke herintroductie, of vergroten van de populatie of een programma voor het loslaten van patrijzen moeten bij voorkeur gebeuren aan de hand van dit document, samen met de:

De inspanningen om patrijs populaties te herstellen zijn arbeidsintensieve, langdurige en dure operaties met weinig garantie voor succes als niet alle aanwijzingen volledig worden opgevolgd.